3FM nieuws

Nadesja (22) heeft een eetstoornis: "Ik leefde op een appel per dag"

  1. Nieuwschevron right
  2. Nadesja (22) heeft een eetstoornis: "Ik leefde op een appel per dag"

Nadesja (22) vond zichzelf in de pubertijd onaantrekkelijk en te zwaar. Ze ging afvallen. Het begon met niet meer snoepen, maar na een paar maanden leefde ze op een appel per dag. "Iedereen zag me achteruit gaan, maar niemand zei er iets van.”

Dit verhaal is onderdeel van de #openup-week, een initiatief van NPO 3FM en MIND.

Eetstoornis

Nadesja ontwikkelde in haar pubertijd een eetstoornis. Ze durfde er niet open over te zijn, want als ze dat wel zou doen, zou ze actie moeten ondernemen. En wat zou haar omgeving er wel niet van denken? In de klas en bij familie hadden ze het wel eens over psychische gezondheid. Dan werd er gezegd: eenmaal bij de psycholoog, kom je er nooit meer vanaf. Zo dacht Nadesja er ook over. Ze schaamde zich. En ze is niet de enige, want uit onderzoek blijkt dat vier op de tien jongeren zich schamen voor hun psychische klachten.

Vier jaar geleden was Nadesja er klaar mee en zocht ze professionele hulp. Dankzij de hulp die ze kreeg, durft ze nu open te zijn. Om het taboe omtrent psychische problemen te doorbreken doet ze een #openup.

Sociaal onhandig

Nadesja was altijd al onzeker. "Wat vinden mijn klasgenoten van mij? Vinden ze me aardig? Doe ik raar? Ik was een stil meisje, het lievelingetje van de juf. Soms werd ik gepest, omdat ik sociaal een beetje onhandig was. Ik zat niet lekker in mijn vel, ging aan alles twijfelen en kreeg angstklachten. Ik zat op turnen en durfde in een keer veel oefeningen niet meer te doen. Ik was onzeker over alles."

De ouders van Nadesja zagen dat het niet goed ging en gaven haar in groep zeven op voor een cursus sociale vaardigheden. "Dat vond ik verschrikkelijk om te doen." lacht Nadesja. "Maar het heeft me wel veel geholpen. Om contact te maken met anderen en om mezelf te accepteren."

Overal onzeker over

Na de cursus ging het beter met Nadesja, maar toen ze in de pubertijd kwam, ging het weer bergafwaarts. "Ik werd opnieuw overal onzeker over. Over mijn uiterlijk. Over wat iedereen van me vond. Over jongens. Ik cijferde mezelf weg. Vond anderen heel mooi en mezelf lelijk. Iemand had bij het turnen tegen mijn moeder gezegd dat ik wel veel was aangekomen en of we niet eens naar de dokter moesten. Misschien was er wel iets mis met mijn gezondheid."

Nadesja's moeder overlegde het met Nadesja, die zelf ook wel merkte dat ze was aangekomen. Maar daar was ze niet per se onzeker over. "Ik liet allerlei onderzoeken doen in het ziekenhuis. Daar kwam niets uit. Toen zei de dokter die ons begeleidde: 'Je bent te zwaar en dat ligt vast aan je levensstijl. Je moet gezonder gaan eten.'"

Een wedstrijd met mezelf

Die opmerking deed pijn en Nadesja voelde dat ze actie moest ondernemen, dus stopte ze met snoepen en viel een paar kilo af. "Ik kreeg veel complimentjes. Dat deed me goed en motiveerde me om nóg meer af te vallen. Ik werd vervolgens steeds strenger voor mezelf. Toen ik 65 kilo woog, dacht ik: mooi, done! Op naar de 60. Het voelde als een soort wedstrijd met mezelf, waardoor ik steeds minder ging eten. Van vier boterhammen ging ik naar twee, naar één… Ik gooide op school mijn brood weg en at alleen maar een paar happen avondeten. En als mijn ouders niet thuis waren, sloeg ik de hele maaltijd over. Op een gegeven moment leefde ik van een appel per dag."

De drang om te bewegen was ook groot. "Als ik ergens naartoe moest, vroeg ik mijn ouders altijd om me te brengen. Maar dat deed ik op een gegeven moment niet meer. Ik wilde alles met de fiets doen en trainde het liefst twee uur per dag in de sportschool."

Fit en gezond leven… Toch?

Ondertussen maakte Nadesja zich helemaal geen zorgen om haar gezondheid. Ze voelde zich juist goed. "Naar mijn idee leidde ik juist een fit en gezond leven. Mijn ouders gaven wel eens aan dat ze zich zorgen maakten, maar ik vond dat onzin. Verder zei niemand iets over mijn uiterlijk of leefstijl. Maar complimentjes kreeg ik ook niet."

Nadesja at na een tijdje zo weinig dat ze steeds vaker meer honger had. "Soms zat er een dag tussen dat ik een zak chips openscheurde, drie tosti’s at en daarna nog een pizza in de over schoof. De dagen na zo'n eetbui voelde ik me zowel lichamelijk als geestelijk erg slecht. Ik deed er vervolgens weer alles aan om zo min mogelijk te eten."

Om deze inhoud te tonen moet je toestemming geven voor social media cookies.

Geen hulp willen

Een jaar lang worstelde Nadesja met haar gewicht, eigenwaarde en onzekerheid. Ze had op een gegeven moment wel door dat dit ook niet normaal was en dat ze een eetprobleem had. "Maar ik wilde daar niet voor uitkomen, want dan zou ik hulp moeten zoeken. En wat zou mijn omgeving daarvan denken?"

"Ik worstelde ongeveer een jaar met mijn gewicht, eigenwaarde en onzekerheid. Ik wist ondertussen wel dat ik een eetprobleem had, maar ik wilde daar niet voor uitkomen, want dan zou ik hulp moeten zoeken. En dat betekende dat ik weer zou moeten aankomen. En dat wilde ik niet."

Uiteindelijk kwam er een confronterend moment. "Mijn ouders vroegen me mee uit eten en ik raakte totaal in paniek. Ik wilde graag iets leuks met ze doen maar wat zou ik moeten eten in dat restaurant? Dat was voor mij de druppel. Die gedachte ging te ver. Nu was het menens."

Wake-up call

Via de huisarts kwam Nadesja bij een diëtist terecht. Die schreef een dieet voor waar Nadesja zich vervolgens niet aan hield. Uiteindelijk klopte ze aan bij Human Concern, een speciale instelling voor mensen met eetstoornissen. Daar volgde ze eerst groepstherapie met andere jongeren. Dat zorgde voor een wake-up call.

"Ik was net achttien. In mijn groep zaten veel meiden die vertelden dat ze op het randje van de dood stonden. Zij kregen sondevoeding, via een slangetje naar de maag. Daar schrok ik enorm van. 'Ik wil niet dood', dacht ik."

Onvruchtbaar worden door eetstoornis

"Tijdens de sessies deden we verschillende opdrachten. Zo moesten we bijvoorbeeld een lichaam met al zijn functies tekenen. Daarna bespraken we wat voor negatieve effecten een eetstoornis heeft op deze functies. Zo kun je onder andere onvruchtbaar worden... Daar schrok ik van, want ik ben nog jong en wil later graag kinderen."

Een paar maanden deed Nadesja mee aan de groepssessies, die bijna de hele dag duurden. Na een tijdje startte ze met wekelijkse gesprekken met een therapeut. Daar ging ze aan de slag met de oorzaak van haar eetstoornis: controle.

Controle hebben

"Tijdens zo'n behandeling leer je jezelf heel goed kennen. Je pakt niet alleen de eetstoornis aan, maar ook de oorzaak. Bij mij bleek dat controle te zijn. Ik kan heel moeilijk met onzekerheid omgaan, omdat ik daar dus geen controle over heb. Die onzekerheid kan ik op allerlei momenten voelen. Maar waar ik wel controle over had, was mijn gewicht..."

Terugval

Nadesja's therapeut helpt haar nog steeds met haar gevoelige punten. Dat zijn controle, onzekerheid en uiterlijk. Ze leert nu de momenten te herkennen waarin ze geen controle heeft, en dus terugvalt op haar eetstoornis. "In de zomer ben ik bijvoorbeeld meer onzeker over mijn uiterlijk. Dan heb ik ook sneller een terugval, qua eten. Nu herken ik dat en handel ik er niet meer naar."

“Hoe ik met eten omga heeft dus te maken met hoe ik me voel. Als ik me slecht voel, vlucht ik terug in de controle over wat ik wel en niet eet. Maar als ik me goed voel, eet ik zelfs met vol genot de "ongezonde" P's (pannenkoeken, patat en pizza) zonder schuldgevoel."

Leren over jezelf: confronterend

“Ik ben nu drie jaar in behandeling en leer nog steeds veel over mezelf. In het begin vond ik dat confronterend, maar nu vind ik het fijn dat ik mezelf zo goed kan plaatsen. Waarom ik doe wat ik doe."

Nadesja heeft ook last van angstklachten. "Tijdens mijn therapie-sessies ben ik erachter gekomen dat dit komt door onder andere een jeugdtrauma. Ik was als kind veel ziek en moest vaak naar het ziekenhuis. Ik was altijd bang dat ik een ernstige ziekte zou hebben. Die angst heb ik nog steeds. Je gezondheid is ook iets waar je geen controle over hebt. Dat vind ik moeilijk."

"Ik schaam me voor mijn angsten, omdat ze vaak irreëel zijn. Als er iemand voor me loopt die rookt, ben ik al bang dat ik longkanker krijg. Ik heb geleerd dat ik daar open over moet zijn. Dan kunnen anderen, samen met mij, relativeren dat het een irreële angst is. Daarna gaat het vaak beter."

Zorgen maken om een ander

Toen het slecht ging met Nadesja gingen alleen haar ouders het gesprek aan. "Mijn vriendinnen op de middelbare school en mijn familie niet. Sommigen waren wel naar mijn ouders gestapt, maar niet naar mij. Ik had het fijn gevonden als ze dat wel hadden gedaan. Al zeg je maar: 'Ik maak me zorgen om je.' Doordat bijna niemand wat zei, duurde het langer voordat ik zelf het probleem zag."

Nadesja is blij met de steun van haar ouders. "Zij hebben me altijd geholpen. Twee jaar geleden heb ik ook een nieuwe vriendin gemaakt. Zij staat ook altijd voor me klaar. Het is al fijn als ze er gewoon is."

Door je open te stellen voor anderen ben je al bezig met een stukje herstel, vindt Nadesja. "Je kan het niet alleen doen. Door er open over te zijn, leven mensen met je mee. Je hoeft niet alles alleen te dragen."

Zit je ergens mee of zie je het (even) niet meer zitten? Neem contact op met MIND Korrelatie. Check 3fm.nl/openup voor meer verhalen. #Openup is een initiatief van NPO 3FM en MIND.

Ster advertentie
Ster advertentie